Tin Men & The Telephone

Interviewreeks genomineerden Amsterdamprijs voor de Kunst 2016, Tony Roe, bandleider en pianist van Tin Men & The Telephone, 27 juni 2016

Wat kenmerkt uw werk?

"Ons werk kent twee pijlers: multimedia en publieksparticipatie. Wij gebruiken video, samples en smartphones bij het ontwikkelen van muziek op het podium, waarbij we het publiek vragen om ons input te leveren. Het idee is dat je de app van de band, Tinmendo, downloadt, inlogt en de vorm van de show medebepaalt. Het publiek kan met behulp van de app ritmes, akkoorden en melodieën maken die ik kan uitlezen op mijn computer. Ik beoordeel ze ter plekke en wat ik leuk vind bewaar ik om mee te gaan improviseren. Het is de kunst om de verschillende muzikale bestanddelen op elkaar aan te laten sluiten. In wezen is het een soort jam waarbij het publiek de input verzorgt. Wij hebben dit onlangs gedaan met het Metropole Orkest in De Hallen en het werkte."

"Kern blijft dat we jazzmusici en improvisators zijn die op het podium elkaars frasen aanvullen, uitbreiden, van commentaar voorzien en met thema's aan de haal gaan. Het verschil is de innovatieve technologie en het gegeven dat het publiek de bouwstenen aanlevert. Het is leuk voor het publiek om te zien dat zij de bron zijn en dat zij niet achteroverleunen en zien wat er gebeurt, maar actief deelnemen aan het proces. Het is niet alleen een gimmick, de publieksinteractie is een essentiële functie. Andere functies zijn de lichtshow, die ook verbonden is aan de telefoons en het gebruik van samples met geluiden uit het dagelijks leven, zoals stemmen van de TomTom, commentaren bij sportwedstrijden en voicemailberichten. Daarnaast communiceer ik met de zaal via pianotoetsen die gekoppeld zijn aan letters waarmee ik woorden en zinnen vorm. Essentieel is dat alles wat we doen op het podium een sterke relatie heeft met de muziek, de tools moeten helpen om te focussen op de muziek. Daarnaast speelt humor een grote rol, die kan soms hilarische vormen aannemen omdat veel onverwacht en onvoorspelbaar is."

Hoe manifesteert u zich in Amsterdam?

"We treden op in Amsterdam, ik ben hier geboren, ik woon hier, het voelt als een thuisbasis. Het recente optreden in De Hallen was een groot succes, waarbij we maar moesten kijken hoe alles uitpakte. Zolang ik in Amsterdam woon, heb ik werk, de stad biedt me veel mogelijkheden. Er is een gezonde concurrentie en een frisse kijk op kunst, ook internationaal. Er is een gevoel van relevantie omdat er altijd wel iets nieuws gaande is. Ik doceer geregeld aan het conservatorium in live electronics. Daarnaast ben ik mede-eigenaar van Splendor Amsterdam, de vorige winnaar van de Amsterdamprijs."

Een van de criteria is 'creatief ondernemend'; wat doet u om uw kunst onder de

mensen te krijgen?

"Vroeger plakten we de hele stad vol met posters. Toen deden we dat illegaal, we doen het nog steeds op de plekken waar dat is toegestaan. Natuurlijk zijn we vooral op internet creatief bezig. We maken volop gebruik van sociale media, bijvoorbeeld Facebook voor de ouderen en Instagram voor de jongeren. We hebben een eigen YouTubekanaal waar we veel video's uitbrengen. Daarnaast experimenteren we met live streaming, zoals Periscope. We zijn ook actief op de traditionele media, radio en televisie, bijvoorbeeld bij Vrije Geluiden. Bij De Wereld Draait Door heb ik vaak opgetreden, onder meer met Room Eleven, Tania Kross en Yuri Honing. Verder benaderen we journalisten, al dan niet via persberichten. We geven nieuwsbrieven uit."

Wat doet u over tien jaar, wat zijn uw plannen?

"Ik kijk niet zover, misschien is er tegen die tijd een heel nieuw medium, zeker zullen er veel nieuwe technologieën zijn. Ik denk dat onze muziekoptredens een heel andere vorm krijgen, dat het meer een soort installaties worden met het publiek eromheen. Ik denk ook aan locatieperformances. Zelf willen we concreet drie albums uitbrengen, tegelijkertijd. Stilistisch worden ze heel verschillend. Eén cd zal bewerkingen bevatten van hedendaags klassieke componisten zoals Bartók en Ligetti. De tweede cd is een samenvoeging van ons voicemailproject en de derde wordt een elektronische plaat. We willen het geheel met veel PR omgeven en speciaal persagenten inhuren. Eind dit jaar zal de release zijn. In het voorjaar gaan we dan toeren, in Europa en Azië, Indonesië, Japan, Korea. Komende tijd loopt er ook een project waarbij we de podiumpresentatie verder willen ontwikkelen met decorbouwers en lichttechnici, terwijl we ook de mogelijke rollen van het publiek verder willen onderzoeken.

Ten slotte gaan we workshops aan kinderen geven in heel Nederland, waarbij we uitleggen wat improvisatie is en de kinderen die zelf laten ervaren."

Als u zelf niet wint, wie moet er dan winnen, en waarom?

"Ik ken de anderen niet zo goed, maar ik vind Daria Bukvic wel interessant, de Nederlands-Bosnische kunstenaar. Zij lijkt me maatschappelijk zeer relevant. Dat geldt ook voor de Brotherhood4Real in Amsterdam Noord. De nominatie alleen al is een grote waardering, ik had dit pas over tien jaar verwacht."