The Ploctones & Andreas Schaerer

The Ploctones & Andreas Schaerer, Bimhuis Amsterdam, 14 januari 2012

"Juffrouw, mag ik even wat bestellen, ik moet zo spelen." Anton Goudsmit staat vol ongeduld te trappelen aan de drukke bar van het Bimhuis, de adrenaline klotst in zijn lichaam. Hij belooft een fantastische avond, "met die gekke Zwitser, met wie we ontzettend veel lol hebben". De gitarist heeft het over stemkunstenaar Andreas Schaerer, die samen met Goudsmits band The Ploctones een tour doet langs Nederlandse podia. Een ontmoeting afgelopen zomer op een festival in Zuid-Afrika zorgde voor een klik en het idee om gezamenlijk te gaan toeren. De twee kunnen zich aan elkaar meten wat gekte en humor betreft. Goudsmit noemt Schaerer een "nucleaire explosie" en dat maakt hij waar ook. Biedt The Ploctones sowieso al spektakel voor het oog en het oor, de Zwitser erbij zorgt voor nog eens een extra energie-impuls.

The Ploctones opent met Short Cuts, een onweerstaanbare funky groove van de hand van Goudsmit en te vinden op hun laatste album 3...2...1... Het lijkt alsof de band zichzelf de opdracht heeft gegeven om het Bimhuis binnen vijf minuten plat te spelen. Alle bandleden krijgen meteen al de gelegenheid hun virtuositeit te botvieren. Goudsmit weet in al zijn grilligheid altijd weer te verrassen, zijn riffs zijn volstrekt onvoorspelbaar. Hoe beweeglijk kan een brok graniet zijn? Bassist Jeroen Vierdag toont het onmogelijke aan. Zijn solo gaat ergens naartoe, de bestemming bevindt zich in de hoogte. Rietblazer Efraïm Trujillo laat de noten uit zijn tenen komen. Hij vormt met zijn expressiviteit een mooi tegenwicht voor Goudsmit, die de neiging heeft alle aandacht naar zich toe te trekken. Oudgediende Martijn Vink rijgt al zijn trommels en bekkens aan elkaar tot één groot organisch en vibrerend geheel.

Stemkunstenaar Schaerer is een sensatie, met zijn imitaties van instrumenten en zijn human beatbox. Hij gaat volledig mee in de wendingen en abrupte afbrekingen van de band en is daar vaak de initiator van. Hij dubbelt het spel van saxofonist Trujillo, en bevraagt en beantwoordt de inzetten van de bandleden. Vinks ogen fonkelen als hij getergd wordt door de man. Hilarisch wordt het als Schaerer gaat dirigeren en aftelt voor de band. Niemand reageert, en dan zet hij zelf maar een nummer in. Het publiek vindt het allemaal prachtig en reageert op de verrichtingen van de Zwitser met luid gelach en applaus. Knap is dat de man niet alleen erg grappig is, maar zeer muzikaal bovendien. Het Bimhuis heeft er een lieveling bij.