Interview Diederik Rijpstra, trompettist en componist, 15 mei 2013
Hij vindt het te beperkt om alleen jazztrompet te spelen. Daarom richt hij zich steeds vaker op het componeren en oriënteert hij zich breder dan slechts op jazz. "Ik wil gewoon muziek maken", aldus New Yorker Diederik Rijpstra, die momenteel in Amsterdam resideert. Dat de trompettist niet in een bepaald genre wil opereren, past helemaal in de tijdgeest. "Tegenwoordig heeft iedereen makkelijk toegang tot alle muziekstijlen op internet. De lijntjes naar verschillende muzikale werelden worden steeds korter door de digitale revolutie", zegt Rijpstra.
Hij begeeft zich niet alleen binnen de muziek in verschillende stijlen. Vanavond presenteert hij zijn nieuwe cd The Living City in Club Trouw met inbreng van video, dans, beeldende kunst en poëzie. Rijpstra (Leidschendam, 1982) vroeg een aantal kunstenaars om zich te laten inspireren door een nummer van de plaat en de weerslag daarvan te presenteren in een gesamtkunstwerk van een uur bij de muziek van The Living City. Volgens hem heeft elke plek op aarde zijn eigen energie, die hij vooral in New York en Amsterdam ervaart, maar die overal voelbaar is en waardoor iedereen beïnvloed wordt. Er is daarbij een voortdurende uitwisseling van ideeën. Het interdisciplinaire project is de artistieke vertaling van dit concept. Het publiek wordt betrokken bij de acts. "Ik hoop dat het zich overgeeft aan een beleving." Rijpstra koos voor Club Trouw "omdat het een sterk industriële sfeer heeft en iets van de nieuwe wereld vertegenwoordigt".
Gevraagd naar de cd zelf, begint de musicus enthousiast te verhalen over de albumhoes. Die is inderdaad opvallend en bestaat grotendeels uit vierkantjes en rechthoeken in vele kleuren die tezamen een abstracte skyline vormen. Een gedicht over de levende stad staat afgedrukt op de voorkant. Ook in het cd-ontwerp werkte Rijpstra samen met kunstenaars. "Ze zijn goed in conceptuele dingen en hebben samen het bedrijfje FrankDean. Ik ontmoette ze op de opening van een expositie."
Dan over de muziek. "Het verschil met vorige albums is, dat de plaat nu veel meer geproduceerd is. Voorheen was de muziek akoestischer en veel sneller opgenomen. We hebben nu met mixages en overdubs gewerkt, veel effecten gebruikt en tracks erbij geplakt. Ik vind dit proces heel leuk, het is net als een toverdoos." Het album bevat daardoor minder improvisaties. Er zijn nog wel jazzstukken, maar ook pop- en rockachtige nummers. Het produceren bevalt goed: "het is als bouwen met bakstenen."
"Vroeger was ik met het improviseren vooral bezig in het moment. De mystiek van het muzikaal onwetende. Nu heb ik als componist veel ruimte als ik meer kan produceren."
Als Rijpstra geconfronteerd wordt met de opmerkelijke volgorde van de nummers, die het album in tweeën deelt, is hij even in verlegenheid gebracht. "Ik heb hier juist heel lang over gedaan. Dit voelde qua spanningsboog en verhaal het beste."
Het gesprek komt op New York, hét mekka van de jazz. In 2009 vertrok Rijpstra met een beurs richting Amerika. Na zijn studie bekwaamde hij zich verder in het componeren. Hij treedt op, maar houdt zich vooral bezig met schrijven van muziek voor reclames, documentaires en bedrijfsfilms. Hij wil zich nu meer op Europa richten met zijn composities omdat daar toch zijn wortels liggen. New York vindt hij wel heel inspirerend. "Doordat de uitersten hier veel verder uit elkaar liggen, ontwikkelt zich een geweldige dynamiek. Ik word hier enorm gestimuleerd doordat iedereen keihard werkt. Dat geeft me ideeën. Ik kan alles doen, niemand kijkt ervan op, ik ervaar grote artistieke vrijheid. In New York ben ik een van de velen, er zijn zoveel goede muzikanten. Veel speelplekken ook, met sessies en parties en een hele levendige beweging van huiskamerconcerten."
Van de manifestaties in het muzikale klimaat in Nederland is hij minder op de hoogte. "Als ik hier ben ga ik niet veel naar jazzconcerten." Wel ziet hij dat zijn eigen generatie zich goed ontwikkelt. Hij noemt mensen als Ben van Gelder en Reinier Baas, die deels ook in New York verblijven en met wie hij contact heeft. Omdat hij boekingen doet voor The Living City kon het hem opvallen dat er onzekerheid heerst bij de podia. "Er worden minder risico's genomen en optredens of festivals worden gecanceld. Maar ja, dingen moeten ook veranderen. Er komt altijd weer iets voor in de plaats."