Masterclass Branford Marsalis, Muziekgebouw aan 't IJ Amsterdam, 21 november 2014
Over al te veel didactische vaardigheden beschikt hij niet. Branford Marsalis heeft geen werkdoelen geformuleerd, hij stelt de studenten niet op hun gemak, en zijn uitleg lijkt niet altijd over te komen. Als hij echter zelf de saxofoon ter hand neemt, overtuigt hij alles en iedereen.
Marsalis is moe, doodmoe. Hij heeft een uitgebreide tournee achter de rug met zijn kwartet en zijn lichaamshouding straalt uit dat hij weinig zin heeft in de masterclass. Hij komt op, zegt: "Goeiemorgen, sorry goeiemiddag", vraagt aan de aanwezige studenten op het podium: "Wie is eerst?" en ploft neer. Enige inleiding of introductie is er niet bij.
Marsalis geeft een masterclass jazzsaxofoon in het kader van het International Saxophone Festival SAX14, dat de afgelopen dagen gehouden werd in het Muziekgebouw aan 't IJ, het Bimhuis en het conservatorium van Amsterdam. Reden voor het evenement: het is tweehonderd jaar geleden dat de uitvinder en promotor van de saxofoon, Adolph Sax, in Dinant, België, geboren werd. Er zijn uiteraard concerten, van Marsalis, en ook van onder meer James Carter en Candy Dulfer, die het festival afsluit. Andere onderdelen van de gedenking zijn zoal: lezingen, cd-verkoop, een markt met handelaren in saxofoons, een spoedcursus saxofoonspelen van een uur, en kinderoptredens. Het gonst kortom vier dagen van de activiteiten.
Ondertussen staat bij de masterclass op het podium een jazzcombo een traditioneel deuntje te spelen. De studenten die Marsalis van feedback moet voorzien, zijn geselecteerd op het conservatorium. Op hun beurt zochten zij de begeleidende muzikanten uit: een drummer, contrabassist en bij enkele nummers een pianist of een gitarist. Als het combo uitgespeeld is, geeft Marsalis zijn commentaar, kortaf: "Je moet variëren met de melodie, dat je van toonsoort verandert, hoort niemand, het gaat om de melodie. En speel liever minder noten." In de loop van de masterclass zullen verschillende studenten zich nog eens achter de oren krabben. De woorden van de meester stemmen kennelijk tot nadenken. Een concrete aanwijzing: "Luister veel naar zangers als je een nummer aan het instuderen bent." Nog zo één: "Er moet een boog zijn in de hele song." En:"luister naar Sonny Rollins, hij is de beste." Hij geeft ook heel praktische instructies: "Houd je hoofd omhoog, want de lucht buigt af naar beneden." Ook constateert hij bij een leerling dat het instrument niet goed hangt.
Marsalis ontdooit langzaam en als hij zelf de saxofoon bespeelt, neemt hij uiteindelijk toch nog iedereen voor zich in. De nadruk op melodie brengt hij zelf duidelijk hoorbaar in de praktijk. Zorgvuldige toonvorming en intonatie, de vrijheid in zijn spel: hij toont letterlijk aan wat zijn opzet is. De Amerikaan bedankt ten slotte de studenten met een glimlach en ja, er kan zelfs nog een hug vanaf.